De Europese richtlijn die de voorwaarden stelt voor de belasting van elektriciteit, motorbrandstoffen, luchtvaartbrandstoffen en de meeste verwarmingsbrandstoffen binnen de Europese Unie, wordt momenteel herzien. De EU wil dat energieproducten worden belast op basis van hun milieuprestaties in plaats van hun volume.
Onderscheid geregeld en ongeregeld vervoer
Het Deense voorzitterschap wil de onderhandelingen afronden, maar IRU dringt er bij lidstaten op aan om ervoor te zorgen dat àlle vormen van collectief personenvervoer, geregeld en ongeregeld, inclusief bus, touringcar en taxi, in aanmerking komen voor verlaagde energietarieven.
Onbegrijpelijk
Op dit moment is het touringcarvervoer van de belastingvoordelen uitgesloten. Onbegrijpelijk volgens IRU, want busvervoer doet qua milieuprestatie niet onder voor bijvoorbeeld het treinvervoer, en is vele malen schoner dan de luchtvaart. De uitsluiting veroorzaakt ongelijkheid en juridische onzekerheid, vooral omdat touringcars bijvoorbeeld ook voor het OV worden ingezet.
‘Zwaarste last op schouders duurzame ondernemers’
IRU EU-directeur Raluca Marian: “Het opleggen van volledige energiebelasting op bepaalde wegvervoersdiensten, terwijl meer vervuilende vervoerswijzen zoals de luchtvaart worden vrijgesteld, creëert verstoringen zonder milieuwinst en legt de zwaarste last op de schouders van de meest duurzame ondernemers. Kleinere ondernemingen kunnen de extra kosten niet opvangen zonder diensten te schrappen of de passagiersprijzen te verhogen”, voegde ze eraan toe.