Het kabinetsplan om de fiscale uitzondering voor taxi’s af te schaffen, raakt vooral het zorgvervoer hard. Het vervoer voor onder meer nierpatiënten en rolstoelgebruikers zal tientallen miljoenen euro’s per jaar duurder worden, waarschuwt branchevereniging Koninklijk Nederlands Vervoer (KNV) op basis van eigen onderzoek. Donderdag spreekt de Tweede Kamer met staatssecretaris Menno Snel van Financiën over de fiscale agenda.
Regeerakkoord
In het regeerakkoord heeft het kabinet aangekondigd dat het de BPM-teruggaveregeling voor taxi’s wil afschaffen. BPM is de belasting die kopers en importeurs van auto’s moeten betalen. Door taxi’s voortaan ook BPM te laten betalen, denkt het kabinet structureel €37 mln te besparen.
Volgens berekeningen die de branche heeft laten uitvoeren door onderzoeksbureau Ecorys zullen de kosten voor de sector echter aanzienlijk hoger liggen. Alleen al voor de leden van de KNV (ongeveer 60% van de markt) zou de rekening op €58,7 mln uitkomen. Het grootse deel van die extra kosten komt terecht bij het zorgvervoer, dat ongeveer goed is voor twee derde van de taximarkt. Waar de kosten voor de straattaxi met nog geen 2% omhoog gaan, stijgen die bij bijvoorbeeld rolstoeltaxi’s namelijk met bijna 14%. Dat komt omdat de BPM bij de rolstoelbusjes veel hoger is dan voor de personenauto’s die veelal als straattaxi worden gebruikt en omdat een rolstoeltaxi veel minder rijdt dus per kilometer duurder is.
‘Averechts effect op milieu’
‘De rekening komt dus bij het zorgvervoer, dat de afgelopen jaren toch al erg onder druk staat. Of de gemeentes en zorginstellingen gaan miljoenen meer betalen, of er zal gesneden worden in het zorgvervoer. Ik denk niet dat de onderhandelaars dat voor ogen hadden’, stelt Hubert Andela, directeur van de KNV. De KNV roept de Kamer op het plan niet uit te voeren of op z’n minst uit te stellen.
De maatregel zou ook een averechts effect hebben op het milieu, omdat bedrijven nog snel voertuigen zullen kopen in 2019 en daarna een tijd lang hun voertuigen minder zullen vervangen.
Bron: Financieele Dagblad 7 juni 2018